AIJB

Hoe AI de wereld in tweeën kan splijten – en wat we eraan kunnen doen

Hoe AI de wereld in tweeën kan splijten – en wat we eraan kunnen doen
2025-12-03 voorlichting

Hanoi, woensdag, 3 december 2025.
AI heeft het vermogen om de wereldwijde ongelijkheid te vergroten, waarschuwt het UNDP op basis van een nieuw rapport uit Hanoi. Het meest opvallende feit? De kloof tussen rijke en arme landen kan zich verdiepen, omdat slechts een handvol landen voldoende toegang hebben tot de technologie, vaardigheden en infrastructuur die nodig zijn om van AI te profiteren. Terwijl landen als Vietnam actief zijn in het opbouwen van een AI-strategie, blijven ontwikkelingslanden op de achtergrond. De kansen zijn groot – zoals een potentiële groei van 2 procentpunten in het bbp van de Azië-Pacific-regio – maar alleen als er inclusief beleid komt. De beslissing over wie er wint en wie achterblijft, hangt niet af van technologie, maar van keuzes die we nu maken.

AI als spiegel van wereldwijde ongelijkheid

Het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) waarschuwde op 2 december in Hanoi dat kunstmatige intelligentie (AI) de kloof tussen rijke en arme landen kan vergroten, tenzij er bewuste beleidskeuzes worden gemaakt. Het rapport ‘The Next Great Divergence: Why AI May Widen Inequality Between Countries’ benadrukt dat ongelijke toegang tot digitale infrastructuur, onderwijs, investeringskracht en AI-technologie het risico vergroot dat ontwikkelingslanden achterblijven in de digitale transitie [2]. Volgens het UNDP kan de opkomst van AI een nieuwe fase inluiden waarin economisch opliepende landen opnieuw kunnen achterblijven zonder actieve interventie [2]. De analyse toont aan dat landen die investeren in vaardigheden, rekenkracht en effectieve governance-systemen waarschijnlijk het meeste profiteren, terwijl andere landen het risico lopen achter te blijven [1]. Dit is geen technische noodzaak, maar een beleidskeuze die nu gemaakt moet worden om een rechtvaardigere toekomst te waarborgen [2].

Mogelijkheden en risico’s in de Azië-Pacific-regio

In de Azië-Pacific-regio, waar meer dan 55% van de wereldbevolking woont, zijn de AI-uitzichten gecombineerd met grote kansen en schadelijke ongelijkheid. Het UNDP-rapport stelt dat AI de jaarlijkse BBP-groei in de regio met ongeveer 2 procentpunten kan verhogen, en de productiviteit in gezondheidszorg en financiële sector met maximaal 5% kan verhogen [1]. De regio telt meer dan de helft van de wereldwijde AI-gebruikers en heeft een snelgroeiende innovatievoetafdruk, variërend van China’s bijna 70% van de wereldwijde AI-patenten tot meer dan 3.100 nieuw gefinancierde AI-bedrijven in zes economieën [1]. ASEAN-economieën zouden de komende tien jaar bijna 1 biljoen dollar aan BBP kunnen genereren door AI [1]. Toch waarschuwt het rapport dat miljoenen banen, met name van vrouwen en jongeren, geautomatiseerd kunnen worden, en dat hiaten in vaardigheden, data en AI-governance de voordelen van AI kunnen beperken [1]. De kloof wordt beïnvloed door beperkte infrastructuur, vaardigheden, computerkracht en bestuurscapaciteit, die de potentiële voordelen van AI beperken [1].

Vietnam: een voorbeeld van strategische voorbereiding

Vietnam toont sterke politieke wil voor digitale transformatie en AI-toepassing via beleid en investeringen, zoals blijkt uit het rapport ‘Artificial Intelligence Landscape Assessment’ van het UNDP in Vietnam [1]. Het land heeft een ambitieuze nationale strategie om in 2030 een toonaangevend AI-land te worden, met als doel om tot de top 3 in Zuidoost-Azië en tot de top 50 wereldwijd te behoren op het gebied van AI-onderzoek en -ontwikkeling [1]. Deze doelstelling is een PLANS-gebeurtenis gepland voor 2030 en heeft nog niet plaatsgevonden [1]. Vietnam heeft bijna landelijke 4G-dekking, voortdurende 5G-uitrol en verbeterde wereldwijde rangschikking op het gebied van e-overheid, wat de digitale infrastructuur ondersteunt [1]. Het UNDP benadrukt dat inclusief beleid, gerichte investeringen en verantwoord AI-bestuur essentieel zijn om ervoor te zorgen dat AI een hulpbron wordt voor een rechtvaardige ontwikkeling [1].

AI in de praktijk: van overheid tot creativiteit

AI wordt al in diverse praktijkvoorbeelden ingezet om publieke dienstverlening en voorlichting te verbeteren. In Vietnam wordt een AI-gestuurd ondersteuningsplatform getest om burgers toegang te geven tot 15 essentiële online overheidsdiensten [1]. In Singapore heeft Moments of Life het papierwerk voor nieuwe ouders teruggebracht van ongeveer 120 minuten naar 15 minuten [1]. In Bangkok verwerkt het Traffy Fondue-platform bijna 600.000 burgersmeldingen, wat snellere reacties mogelijk maakt [1]. In Beijing ondersteunen digitale tweelingen stadsplanning en overstromingsbeheer [1]. In de culturele sector draagt de creatieve sector ongeveer 3,1% bij aan het wereldwijde BBP en creëert meer dan 30 miljoen banen [1]. AI wordt gebruikt om cultureel erfgoed te herstellen, zoals de 3D-digitalisatie van Notre-Dame na de brand in 2019 en het herstel van Stephen Hawking’s stem via Project Revoice [1].

De uitdaging van ongelijkheid in de creatieve sector

De digitale transformatie van de culturele sector, versneld sinds de COVID-19-pandemie, leidt tot nieuwe uitdagingen op het gebied van auteursrecht, ethiek en creatieve identiteit [1]. In 2023 veroorzaakte het AI-generatie nummer ‘Heart on My Sleeve’, dat de stemmen van Drake en The Weeknd imiteerde, wereldwijde controverse en werd verwijderd van officiële platforms vanwege auteursrechtschending [1]. De WIPO voerde in 2023 een wereldwijd consultatieproces uit over auteursrecht op AI-generatie, met focus op eigendom van trainingsdata, AI-producten en morele rechten [1]. De EU AI Act (2024) classificeert AI-systemen op basis van risiconiveaus en vereist dat contentgenererende AI-systemen gebruik van trainingsdata openbaar maken en AI-generatie content labelen [1]. De VS erkent sinds 2024 geen AI als wettelijke auteur; AI-gegenereerde producten zonder menselijke creatieve tussenkomst vallen niet onder het auteursrecht [1]. Getty Images heeft Stability AI aangeklaagd voor het trainen van het Stable Diffusion-model op miljoenen auteursrechtelijk beschermd beeldmateriaal zonder toestemming [1].

AI in het publieke domein: van toegankelijkheid tot transparantie

AI biedt mogelijkheden om complexe informatie toegankelijk te maken voor diverse doelgroepen, maar vraagt ook om zorgvuldige implementatie. AI-systeem zoals degenen van Netflix, Spotify en het Louvre Museum gebruiken algoritmes om cultuurconsumptie te personaliseren en AI-gidsen voor virtuele bezoeken te creëren op basis van echte historische stemmen [1]. Dit leidt echter tot zorgen over authenticiteit en het uitroeien van collectieve culturele ervaringen [1]. De EU onderzoekt transparantie van contentverdelingsalgoritmes onder de Digital Services Act om het algoritmische bias te bestrijden dat minder populaire of niet-Westers cultureel materiaal marginaliseert [1]. In Jordanië worden AI-gebaseerde irrigatiesystemen, IoT-apparaten, hydroponische tuinbouw en groene muren ingezet in jonge ondernemingen in Irbid en Mafraq, met een gemiddelde waterbesparing van 20% en verhoogde oogst [2]. Een startup vermeldde dat ze met AI een 20% lagere watergebruik bereikten terwijl de oogst toeneemde [2].

De rol van internationale samenwerking en beleid

Internationale samenwerking is essentieel om de voordelen van AI te delen en de kloof te verkleinen. Het Belgisch agentschap voor internationale samenwerking, Enabel, richt zich op sociale en economische ongelijkheid, klimaatverandering, vrede en veiligheid [3]. In Jordan ondersteunt de UN in Jordan, samen met de FAO en het Japanse ministerie van buitenlandse zaken, gemeenschapsgeleide klimaatacties in Jerash en Ajloun, met een focus op ecosystemeherstel, werkgelegenheid en empowerment van vrouwen en jongeren [2]. De klimaatinitiatief in Jordanië omvat ook het trainen van vrouwen in brandbestrijding, droogtebestrijding en bijenhouderij, met een levering van 90 bewoonde bijenkasten en moderne extractiemachines [2]. In Suriname, waar op 2 december 50 jaar onafhankelijkheid werd gevierd, benadrukt Oxfam Novib dat rijke landen zoals Nederland een verantwoordelijkheid hebben om de doorwerking van het koloniale verleden te erkennen en te bestrijden in de strijd voor wereldwijde gelijkheid [4].

Bronnen